WAT KAN JIJ DOEN?
Misschien heb je een ‘niet-pluis’ gevoel of een vermoeden. In de praktijk blijken professionals instinctief en op basis van ervaring een goed gevoel te hebben voor situaties waar wellicht meer achter schuil gaat. Neem deze waarschuwingssignalen altijd serieus en zie ze als aanleiding om nog eens goed naar de situatie te kijken. Een aantal aandachtspunten:
Je kunt vragen stellen om meer informatie te krijgen. Belangrijk is om hierbij niet te oordelen. Heb je te maken met een taalbarrière of een cultuurverschil? Check of iemand het begrepen heeft door de boodschap in zijn/haar woorden te laten vertellen, eenvoudige taal te gebruiken, de tijd te nemen, en een open en empathische houding aan te nemen. Maak bij vermoedens bijvoorbeeld gebruik van onderstaande vragenlijsten.
Noteer zorgvuldig wat je hoort en wat je ziet. Maak bijvoorbeeld foto’s.
Het is belangrijk vermoedens zo concreet mogelijk te maken. Een manier om informatie te ordenen is het maken van een onderscheid tussen feiten, omstandigheden/gebeurtenissen, waarneming, interpretaties en bronnen.
Bespreek je vermoedens met een deskundige collega of teamleider. Vraag zo nodig advies aan een deskundige derde, bijvoorbeeld CoMensha, het landelijke Coördinatie Centrum Mensenhandel.
Meld je vermoedens en signalen bij de aandachtsfunctionaris mensenhandel binnen de gemeente.
Overleg met deskundigen of je de vermoedens en signalen deelt met de cliënt. Dit kan van belang zijn voor de vertrouwensrelatie. Maar er kunnen goede redenen zijn om dit niet te doen. Bijvoorbeeld uit veiligheid voor jezelf, de cliënt of een ander, of als je vermoedt dat de cliënt anders het contact zal verbreken en uit het zicht zal verdwijnen.